Sinds jaar en dag wordt in politiek Den Haag het spook van de vergrijzing uit de kast gehaald. Al is het slechts om te laten zien dat de overheid – hoeder van het landsbelang – het niet uit het oog verloren heeft, ja er zelfs boven op zit. Maar de overtuigingskracht is langzamerhand ver te zoeken.
Zo ook de afgelopen week, toen demissionair minister van volksgezondheid, welzijn en sport (VWS) Conny Helder haar mediacampagne Praat vandaag over morgen lanceerde. Daarmee richt ze zich twee maanden lang op de 60- tot 75-jarigen, die zich volgens haar te weinig met de toekomst bezighouden en dus niet goed weten wat hun boven het hoofd hangt. (Zie haar uitspraken in Trouw van 20 maart).
Op de keper beschouwd, wanneer je kijkt naar de cijfers van recent onderzoek in opdracht van haar ministerie, valt het reuze mee met die publieke interesse voor de toekomst. Het ligt dan ook meer voor de hand dat de minister, met een nieuw kabinet in zicht, liever de vergrijzing in de persoonlijke sfeer trekt dan het eigen beleid tegen het licht houdt.
Het is sowieso een blijk van politieke onwil en machteloosheid, wanneer politici collectieve problemen afwentelen op individuele burgers. En dus ook een vorm van kiezersbedrog. Zoals in dit geval de suggestie wordt gewekt dat je met een oproep aan mensen om hun zorgen over ouder worden te delen met anderen, de oplossing van de problemen dichterbij brengt.
Als bij de samenstelling van een nieuwe regering, zoals de huidige onder leiding van Helders partijgenoot Rutte, plotsklaps een minister van rechtsbescherming uit de hoge hoed kon komen, had er ook allang een minister van vergrijzing kunnen zijn. Maar ik kan me niet herinneren dat daar ooit serieus werk van is gemaakt. Integendeel, de politiek is nooit veel verder gekomen dan de simpele verwachting dat door ‘vergrijzing’ steeds meer mensen een beroep zouden gaan doen op ouderenzorg.
En dan te bedenken dat er in de loop der jaren herhaaldelijk aanzetten zijn gedaan om te komen tot een visionaire aanpak die zoden aan de dijk zet. Zo had Helder zich voor haar zwanenzang ook kunnen laten inspireren door het rapport Investeren in vitale ouderen, dat het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) een paar weken geleden het licht deed zien. Een rapport dat beleidsmakers op het hart drukt niet leeftijdsverschillen maar levensfases centraal te stellen.
Helder (65) is een exponent van de politieke stroming die vergrijzing vooral ziet als ouderenzorg, dat wil zeggen ouderen die al hulp krijgen of geacht worden – gezien hun leeftijd – vandaag of morgen niet zonder te kunnen. Daar stapelen, zoals dat heet, de problemen zich op en is sprake van kosten die ‘straks’ niet meer zijn op te brengen. Vandaar dat burgers de laatste jaren steeds luider werd ingeprent dat ze hun verantwoordelijkheid moesten nemen. En daar draait het ook om in de lopende campagne: je kunt niet vroeg genoeg plannen maken over je oude dag en in eigen kring daarmee de boer opgaan, want de overheid is aan het eind van haar Latijn.
In het SCP-rapport daarentegen is sprake van vier levensfasen: jeugdfase, werkzame fase, fase van pensionering en zorgafhankelijke fase. En van een verouderende samenleving waar je als overheid verschillende kanten mee op kunt. Zo stelt het uitdrukkelijk de tendens vast dat de derde fase langer wordt en de vierde korter. Met als gevolg dat de baten van de vergrijzing groeien en de kosten van de zorg afnemen.
Sleutelbegrip bij het SCP is brede participatie. Vandaar ook de titel van zijn rapport: investeer, overheid, in ouderen, versterk hun hulpbronnen, zet ouderen in als volwaardige werknemers in plaats van goedkope vrijwilligers en stop de hardnekkige segregatie van ouderen als kwetsbare en tot zorg gedoemde groep.
Of de drie politieke partijen die nu, onder leiding van een schimmig vierde gezelschap, een klassieke restauratie van het ganse koninkrijk hebben ingezet, open staan voor een brede benadering is twijfelachtig. Al biedt het misschien enige hoop dat ze onlangs wél Kim Putters wisten te vinden. De man die als voormalig directeur het SCP een verdiende stem in het kapittel bezorgde.